week 3, dag 7, week 4
Door: Judith en Charles
Blijf op de hoogte en volg Charles
24 Februari 2015 | Nieuw Zeeland, Christchurch
De buren op ons(?) grasveldje waren al vertrokken voordat wij de schuifdeur van onze camper hadden kunnen openen.
Zodoende konden we op ons gemak buiten nog een kop koffie drinken.
De douches hadden een heerlijk royale warme straal. Door schoonmaakwerkzaamheden bij de “heren”, waren de “dames” tijdelijk omgedoopt tot “unisex locatie”. (In ziekenhuizen wordt al jaren gemengd verpleegd. Zo vreemd is dat toch niet).
Het sanitairgebouw kun je alleen met een code in; nog niet eerder meegemaakt. Queenstown is een populair en duur vakantieoord. De camping ligt naast de Gondelbaan, vlakbij het centrum. Donderdag waren alle slaapplaatsen in hotels en motels, etc. allemaal bezet.
De code moet mogelijk voorkomen dat mensen van buiten de camping van het sanitair gebruik gaan maken.
Bij de receptie nog navraag gedaan of er supermarkten in de nabijheid lagen.
Het plan was voor de middag een stukje varen op het meer en daarna boodschappen te doen.
En de vraag hoe we de komende vijf dagen zouden invullen, moest worden beantwoord.
Probleem: Charles wil graag een spectaculaire tocht door de fjorden maken, meer naar het westen. Judith ziet dat niet zo zitten vanwege de “sandflies”, die daar nog meer voorkomen.
Het tochtje met de 103 jarige stoomboot, de TSS Earnslaw, over het Lake Wakatipu, kon om 14.00u plaatsvinden; zodat we nog 1,5 uur moesten zien door te brengen in het stadje.
Met foto’s maken en op souvenirjacht, tevens de locatie van de supermarkt gevonden, en heerlijke broodjes voor de lunch gescoord, lukte dat best.
Het weer deed ook z’n best. Niet al te veel wolken en een heerlijk zonnetje.
Wij hadden de bootreis geboekt zonder stop (geen boerderijrondleiding of paardrijden) en gingen niet van boord.16.00u konden we aan de boodschappen beginnen.
Het grasveldje was nog niet bezet; terwijl de camping weer volliep. Pas na de afwas, bleek er een tentje te staan. Het Frans/Vietnamees stel bood één en al excuus voor de overlast aan.
Wij konden gewoon op het grasveldje blijven zitten. We waren er nu op voorbereid.
Niet dat andere Aziaten in een camper achter ons, hun tentje tot aan de achterkant van onze camper zette (dat stuk hoorde wel bij onze camper) Het bleek dat ze nog nooit een tent hadden opgezet. Ze hadden geen hamer bij zich en ze struikelden ook aanhoudend over de haringen en scheerlijnen.
Het meest irritante was dat ze totaal geen respect voor onze privacy hadden. Ze liepen (omdat dat iets korter was) schuin over het grasveldje of het liefst tussen ons en de camper door.
Iedereen schijnt dat hier heel gewoon te vinden; behalve wij.
Tijdens het eten kwam toen toch de vraag ter tafel: “hoe gaan we het de komende dagen doen?”. Judith hakte de knoop door Charles naar de bookingoffice/receptie te sturen met de vraag of hij zaterdag nog mee zou kunnen met de fjordentocht.
Niet dat Judith niet graag zo’n trip zou willen maken, maar er niet meer beten voor over heeft.
Charles vraag pakte positief uit; tevens werd de camping met nog een dag verlengd.
We kregen voor die gelegenheid ook een nieuwe code!!
Het plan is dat we dan zondag in twee dagen naar Christchurch rijden; het moet een heel fraaie route zijn, die ook nog uitzicht biedt op Mont Cook. In C. twee dagen op de camping boeken. Zodat we nog iets van C. kunnen zien en wellicht dinsdag (als we de camper nog hebben) nog naar het schiereiland Banks Peninsula kunnen rijden. In de zee bij Akaroa (een plaats met Franse invloeden en vlg. menigeen de mooiste plaats van het schiereiland) kun je dolfijnen zien tijdens een rondvaart.
Omdat Charles de volgende ochtend om 7.00u opgehaald zou worden, moest hij op tijd zijn bed in. Vroeg was het toen al lang niet meer.
Zaterdag 21 februari 2015
Charles was om 6.20u opgestaan om zijn tocht door de Doubtful Sound te maken.
Judith deed het een dagje rustig aan. Het weer in Queenstown was en bleef bewolkt, met heel af en toe wat zon; temperatuur was aangenaam.
Door de taxi werd Charles bij de camping opgehaald, samen met twee echte Australiërs, die flink afzaten te geven op het hoge Chinees gehalte in de stad. Ze hoopten, dat dat na het Chinees oud/nieuw voorbij zou zin.
Die illusie werd hen door de taxichauffeur snel ontnemen.
Daarna in de bus op weg naar Manapouri, onderweg uitgebreide toeristische regionale informatie door de chauffeur.
Langs de weg uitgebreide hertenfokkerijen, meer dan we elders zagen.
De naam van Appie stond niet langs de weg, maar hij zal het hier wel vandaan hebben.
In Manapouri waren we nog getuige van de start van een zoekactie naar een sinds twee dagen vermiste 19-jarige vrouw door een speciaal politieteam en helikopters.
Met een uitgedeeld lunchpakket op de catamaran over het Lake Manapouri naar het gehucht West Arm, hoewel, dat is nog te veel voor drie huizen. Bij dit gehucht ligt een ingenieuze waterkrachtcentrale.
Een matig verharde provisorische weg leidt over de Wilmot pas, waar het twee weken geleden nog sneeuwde, naar Deep Cove, de aanlegsteiger van de boot, die ons door het fjord zal voeren.
Bij het begin van de trip kondigde de chauffeur aan: “the weather is rubbish, but the more you get, the more you see”, en daarmee bedoelde hij water.
Al van vóór Manapouri reden we steeds door wolken en viel er regen. Eenmaal in het fjord begon het te hozen, en zo bleef het de hele tocht door het fjord.
Echt weer voor het fjord, en dat was wat de chauffeur bedoelde.
Het fjord kenmerkt zich door zee-uitlopers tussen de bergen door, groene bergen met regenwoud, en door de vele regen (er valt aan de westkant 9-10m water per jaar, tegen aan de oostkant 3-4m) ontstaan er vele watervallen.
Het is dus de keuze: weinig waterval met kleurrijke foto’s, of watervallen te over, maar soms bijna onheilspellende zwart-wit plaatjes.
Ook deze tocht ging per snel varende catamaran, die tot aan de Tasmanzee doorvoer.
Het slechte weer was daar goed te merken door hoge wolken en een onrustige boot.
Bij het einde van het fjord bivakkeert een grote kolonie zeehonden. Hier laten zich soms ook dolfijnen en in het goede jaargetijde ook pinguïns zien, dat was nu niet het geval.
Het was een indrukwekkende tocht, continue genieten van de prachtige natuur.
Twee bijzondere momenten: bij een hoge strak verticale rots loopt het water bijna als een gordijn naar beneden. De boot ging met zijn neus zo goed als tegen de rots, waarna we bekers konden vullen met dit echte natuurwater om het te proeven: zalig. Daarna werd twee minuten stilte gevraagd en lag de boot met de motoren uit in het fjord, om zo alleen de natuurgeluiden waar te nemen. Waar kun je deze stilte, en nu alleen verstoort door vallend water als regen en langs rotsen, nog horen?
Rond 16.00u werd de tocht afgesloten en vertrokken we moe en voldaan huiswaarts.
Eten deden we zodoende pas laat.
Zondag 21 februari 2015
We warden wakker met een strak blauwe lucht en dus zon, wel nog fris. Je kunt er hier ook geen peil op trekken.
Het was weer tijd voor de vaste camperrituelen (toilet legen, vuil water tank idem en vers water bijvullen, en diesel tanken, dat laatste steeds bij na blijven tanken).
Daarna op weg richting Christchurch.
Een stukje na Queenstown kwamen we bij de afslag voor de Kawarau brug, de plaats waar het bungyjumpen is begonnen. De ongebruikte brug hangt 43m boven het water van de Kawarau rivier en daar is een heel commercieel circus omheen gebouwd. Voor een fors bedrag kun je er vanaf springen, waarbij je wordt gevolgd door tientallen Tv-schermen en de nodige toeschouwers.
We hebben nog getwijfeld, maar we gaan er vanuit, dat jullie wel geloven, dat wij dit durven; dat hoeven we niet te laten zien. We hebben een aantal springers gezien, de meesten springen toch met een verliefdheidsuitspraak, getuige van enige twijfel of het allemaal wel goed zal aflopen. En af en toe een weigeraar.
Na enig aandringen toch een natte broek en terugkrabbelen.
We reden door via prachtige bergwegen richting Omarama en daarna Twizel.
Onderweg hebben we ons nog verdiept in de Merino schapen.
Charles kent de wol van deze schapen van zijn Icebreaker skishirt.
Voor wie het niet weet, de wol van deze schapen heeft uitstekende isolerende eigenschappen en bovendien geen reuk vast houdt. D.w.z. je kunt een week in hetzelfde shirt skiën zonder het te ruiken. De prijs is navenant en in het land van herkomst niet anders.
Na Twizel rijd je langs Lake Pukaki, een van de vele kunstmatig aangelegde meren in NZ om het droge land te kunnen irrigeren met het smeltwater, dan wel t.b.v. energiewinning.
Van hieruit heb je normaliter een schitterend uitzicht hebt op de besneeuwde toppen van Mount Cook. Ondanks het schitterende weer, hing er net vandaag een groot wolkendek precies rond Mount Cook. Jammer dus.
Heel bijzonder is de kleur van het water, dat door het contact met mineralen in de rotsen een heel speciale blauwe kleur krijgt.
We zijn doorgereden naar Lake Tekapo, waar we een camping langs het meer uitzochten.
Nog even in de buurt rond gewandeld en een speciaal kerkje bezocht, wat veel gebruikt wordt voor huwelijksceremonies.
Ook bij deze kerk was weer duidelijk, dat het een bijna onmogelijke opgave is om in NZ een foto te maken zonder een Chinees er op. En op de camping zagen we voor de zoveelste keer, dat de gemiddelde NZ bezoekende Chinees een viezerik is. Hoe zij omgaan met afval etc, China zal zeker het meest vervuilde land van de wereld zijn. Als deze hoger op de sociale ladder staande Chinezen al zo zijn, hoe zal het met de gewone Chinees zijn?
Maandag 23 februari 2015
Wakker met bewolkt en fris weer.
Op weg naar het eindpunt van de reis, nl. Christchurch.
Het eerste deel van de etappe liep door schitterend heuvellandschap.
In het gehucht Fairlie bezochten we een Alpaca farm. Een Alpaca is familie van de lama, iets kleiner, en de man, die het houden van deze beesten erbij deed, gaf ons een persoonlijke rondleiding.
Wij weten nu alles van deze beesten af, die dus ook nog betere wol geven dan de Merinoschapen. Deze vezels zijn nl. hol en daardoor nog beter isolerend.
Het weer werd langzaam beter, verder was het maar een saaie bedoeling.
Er is een gezegde, dat alles wat je in de wereld kunt vinden, in NZ te zien is.
Wij denken dat dat klopt, alleen misten we het Nederlandse vlakke land nog.
Dat zagen we vandaag.
Een rechte lange weg met aan weerszijden groene velden met koeien, kortom Nederland op zijn best.
Het verkeer was ook geweldig druk, een teken dat je weer een grotere stad nadert.
We hadden Tom-Tom al op een camping ingesteld, dus we reden er vlot naar toe.
We waren er rond 15.00u, en er was gelukkig nog plek.
Bij het regelen van de reis was een hotel voor de laatste nacht al lastig, maar nu werd duidelijk waarom.
Enerzijds is nog een staartje van de zomervakantie, verder was er de herdenking van de vernietigende aardbeving in Christchurch vier jaar gelden, en er waren wedstrijden in het kader van het WK cricket. Dat verklaarde de drukte.
Vanaf de camping hebben we de bus naar het centrum genomen.
Daar zagen we de nog altijd duidelijk zichtbare gevolgen van de aardbeving.
Het hele oude centrum van de stad is of weg, of er is een bouwput, of er staat een gebouw, dat door de schade niet te gebruiken is, en wacht op zijn verdere sloop.
Het maakt een wat desolate indruk, aan de andere kant zie je wel, dat er in vier jaar al veel is gebeurd.
Na een ritje in de toeristische tram en wat gewinkel terug naar de camping en aan de soep met pannenkoeken.
Nog twee daagjes…….
Dinsdag 24 februari
Maandagavond hadden we voor het slapen gaan nog even de site opgezocht van een van de bedrijven, die dolfijnentochten vanuit Akaroa uitvoerde. Op dat moment konden kaartjes nog geregeld worden.
We hadden kaartjes voor de boot van 12.45u.
Na het ontbijt, waarbij we een prachtig blauwe lucht zagen, op stap naar Akaroa, ongeveer 90km rijden. Het eerste stuk rechte weg, doorrijden dus, maar de laatste 40km begon het te kronkelen. We kwamen door Little River, een plaatsje, waar vroeger de trein nog kwam en het toenmalige station tot een klein museumpje was getransformeerd. Enkele lokale zelfstandigen en kunstenaars hadden hun zaakjes er ook aan gekoppeld, en zo kreeg je een best grappig winkelketentje. Er zat ook een bedrijf, dat silo-woningen produceerde (www.silostay.kiwi.nz). Helaas was alles bezet, dus we konden er niet in, maar was zeker een innovatief idee. We hebben uiteraard een paar foto’s bij ons.
De tijd begon toen toch wat te dringen, want de vele bochten haalden het tempo er sterker uit dan we hadden gedacht.
We passeerden twee passen met schitterende uitzichten op de baai van Akaroa.
Doorrijden, kijken komt later, en zo scheepten we als laatste maar wel op tijd in.
De catamaran voer richting het zeegat, en onderweg hebben we voor het eerst dolfijnen gezien. Het is een speciale soort, nl.“Hectors dolfijnen”, een wat kleinere soort met speciale grijs-witte kleur, die m.n. rond NZ voorkomt. Er leven er naar schatting nog 4000 stuks van, maar de soort is wel bedreigd. In de baai van Akaroa wordt op allerlei manieren geprobeerd om de natuur te helpen, wat steeds beter effect lijkt te hebben, aldus de schipper/gids op onze boot.
Hij verwees naar de dolfijnen en zeehondenprojecten, maar ook naar de natuurlijke zalmkwekerijen en kwekerijen voor groenlipmosselen.
Pinguïns krijg je in dit seizoen eigenlijk niet te zien, maar we hebben ze gezien. Nou ja, één dan, maar hij was er wel (kan ook een zij zijn geweest).
Door het prachtige weer kon de boot verder de zee op en zijn we naar broedlocaties gegaan van zeehonden. Tevens kregen we een toelichting op het ontstaan van de gehele baai, die, net als vaak in NZ een krater van een vulkaan is geweest. Het gevolg is prachtige rotsformaties, waarin te zien is hoe de vulkaangassen tot allerlei ontploffingen hebben geleid, waardoor allerlei grillige gaten in de rotsen zijn ontstaan.
Het was voorts een schitterende tocht, waarbij het weer volledig meewerkte.
Judith heeft aan de schipper een uitleg gevraagd over de verschillende NZ-vlaggen.
Normaliter zien we een blauwe vlag met de Engelse vlag in de linker bovenhoek. Op de boot is de basis rood i.p.v. blauw. Blauw is op het water slechter te zien, daarom is op boten de basiskleur rood.
Na ruim twee uur terug, waarna we nog het plaatsje iets beter bekeken hebben.
Voor wie van geschiedenis houdt: de Franse landen rond 1840 op deze plaats, zijn snel terug gegaan naar Frankrijk. Ze hebben twee boten met Fransen, planten en vee volgeladen, en zijn teruggegaan om deze plaats als Franse kolonie te benoemen.
Maar, toen ze terugkwamen, waren de Engelsen ze net voor geweest.
Na die lange trip wilden ze ook niet meer teruggaan, en hebben ze zich toch op deze plaats gevestigd.
Het verklaart wel, waarom hier zoveel Franse sporen te zien zijn (Franse straatnamen, Frans kerkhof etc).
Zo was deze laatste normale vakantiedag wel een waardige afsluiting, het was een van onze topdagen.
Charles moest helaas wel zijn ijsje missen, want de ijswinkels sloten al om 16.00u.
Woensdag 25 februari
Vandaag inpakken en camper poetsen.
De dag begint weer met blauwe licht en veel zon.
Echt een poetsdag dus.
We hebben er veelzin in, en zullen het zsm afronden, dan kunnen we nog de stad in.
-
25 Februari 2015 - 08:47
Guido:
Als het verslag al zo indrukwekkend is, hoe moet het dan wel niet in real life zijn...?
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley